De Hel, vervaardigd in Israël
Het dagboek van Kawther Salam

Mei 2002
Zaterdag 4 mei
Zondag 5 mei
Maandag 6 mei
Dinsdag 7 mei
Graffiti van haat en dreiging op de muren te Hebron
Woensdag 8 mei
Donderdag 9 mei
Vrijdag 10 mei
Zaterdag 11 mei
Zondag 12 mei Gebroken hartjes op het strand gevonden
Dinsdag 21 mei
Vrijdag 24 mei
Woensdag 29 mei





Zaterdag 4 mei 2002
Op zaterdag 4 mei 2002 belde de bouwvakker mij om te zeggen dat zijn leven in gevaar was en hij niet kan blijven doorgaan mijn huis op te lappen.

De kolonisten hadden in het huis ingebroken en zijn werk vernield!!

Al het nieuwe glas gebroken, de deuren kapot.

 

Eén van de Israëlische soldaten vertelde mij dat de kolonisten van plan waren mij vannacht in mijn slaapkamer te verbranden. Hij raadde mij aan dat ik mijn leven moest redden.

 

 

 

 

 

 

 

 


Zondag 5 mei 2002

Op zondag, om 7 uur 's-morgens, liep ik weg met wat spulletjes bij mij, om te gaan wonen bij mijn vriendin Dina Lee, in "Jaffo" in Tel-Aviv.

Het kostte me 7 uur om van te komen naar Jeruzalem, alle wegen, straten en doorgaande wegen waren geblokkeerd: de sluipschutters bezetten de heuvels langs de weg.

 

De bestuurder gebruikte de bergachtige wegen om midden tussen de velden te rijden, door de omliggende dorpen. De dikke stof bedekte het vervoer terwijl we de ramen niet kunnen openen.

We zaten allemaal angstig in de wagen die door de velden reed, de wagen sloeg bijna om in "So'er wadi".

Ik nam 10 wagens voor het vervoer tussen Hebron en Jeruzalem, en ik liep honderden kilometers te voet door de velden, om rond de blokkade van militaire posten te komen die de wegen tussen de dorpen afsneden.

Vlakbij het dorp Al-Obaydia en in het midden van ... stond ik tegenover een militaire legertank, honderden oude mannen en vrouwen die kinderen droegen

werden al vier uur lang tegen gehouden door de soldaten!!

Ik vroeg hen om mij door te laten.

Ik stond stil tegenover de soldaten, ik sloeg met mijn hand op de tank en ik vroeg hem wat ze deden en waarom ze er alleen maar plezier in hadden om burgermensen onder de zon te treiteren??

 

De soldaten beseften dat ik mijn bandrecorder opende, ze keken naar mij en ze bleven zwijgen, andere soldaten verborgen zichzelf in de legertank, ze staken hun hoofd omhoog en waren bereid om te schieten. Ze waren allen rond de 18 jaar oud.

 

De soldaten vroegen mij weg te gaan, ze maakten de weg vrij voor de anderen.

De mensenmenigte rende heel snel naar de wagens nadat ze mij bedankten, één van hen droeg mijn spullen. Ik voelde nog de pijn in mijn hand nadat ik op de legertank had geslagen!!

Ik kwam bij Oost Jeruzalem aan om half twee 's-middags, na 7 uur tussen de bergen gereisd te hebben met pijn. Ik belde Nitsan, een vriend van mij, hij kwam uit Binvaminas, ten noorden van Tel-Aviv, om mij in Jeruzalem op te halen.





 

 

 





Maandag 6 mei 2002

Romi vroeg mij of ik naar Hebron wou teruggaan. Ze zei dat ze niet van soldaten houdt en dat ze niet wil dat ik bij hen woon in Hebron.

Romi houdt ervan als ik kook, speciaal de vis met rijst en groenten.

Romi vroeg mij de dag tevoren voordat ze naar school ging, of ik wegga of niet, en of ik terug zal komen of niet.

Ze belde me de hele tijd om er zeker van te zijn dat ik nog steeds thuis ben gebleven.

Romi beloofde mij dat ze niet in dienst zal gaan in het leger, ze zegt altijd "Ikhss khayal", dat betekent 'walgelijke soldaat', als we door de straten in Tel-Aviv lopen




 

 

 

 






Dinsdag 7 mei 2002

Daniel Seaman dreigt mij te laten arresteren.
Het kantoor van het parlementslid Sehava Galon belde mij op, ze lichtten mij in over Dhr. Daniel Seaman, het antwoord van de directeur van het Israëlische persbureau. Ze zeiden dat Dhr. Seaman opnieuw weigerde mijn perskaart te verlengen, hij beweerde dat mijn verblijf in Israël illegaal is en de termijn voor verlenging van de perskaart te verlengen is afliep terwijl ik in Ierland was, en hij nog niet weet voor welke krant ik werk.

 

Toen het kantoor van Mevr. Galon hem verteld had  dat zij de brieven voor de krant hadden gepost die hem inlichtten dat ik bij hen werkte als journalist, zei hij dat hij mij niet zou helpen mijn perskaart te krijgen.

 

Het kantoor van Mevr. Galon zei dat dhr. Seaman een 'fascist' is, en hij is nog steeds een belangrijke generaal in het leger. Ze zeiden dat dhr. Seaman had geantwoord, het leek hen als een bedreiging naar mij en naar hen, ze beschuldigden mij ervan illegaal in Israël te verblijven!!!


 

 

 

 

 




Woensdag 8 mei 2002
Ik huilde vandaag toen ik het aanbod kreeg van Dhr. Steven Neshvba en zijn vrouw om bij hen te verblijven in Tacoma, Washington, in de Verenigde Staten.

Dhr. Steven is professor aan de chemische faculteit van de universiteit van Puget Sound. Hij zei dat nadat hij, samen met zijn vrouw, mijn smeekbede had gelezen via mijn dagboek op woensdag 24 april, ze mij wilden helpen. Hij vroeg mij "Zou je willen overwegen om bij ons in Tacoma, Washington, te komen logeren? We hebben een slaapkamer voor gasten, en als ik rij kan ik een oude pickup-truck lenen".

Er zouden vele dingen zijn die uitgewerkt moeten worden  natuurlijk, hoe lang ik wilde blijven bijvoorbeeld en wat de status van mij visum zou moeten zijn.

Hij zei dat dit niet veel was dat hij mij aanbood en hij weet dat ik hem helemaal niet ken!! En hij zei "Mijn vrouw heet Penny en we hebben twee kleine kinderen, 6 en 8 jaar oud".

 

Ik huilde toen ik deze brief kreeg, het raakte mij in mijn gevoel. Ik weet dat de wereld vol menselijke wezens is terwijl we onder de bezetting niet worden beschouwd als een menselijk wezen in dit gebied.

 

Voordat Dhr. Steven mij zijn brief stuurde, had ik een andere brief gekregen uit Oostenrijk. Dhr. Ramin nodigde mij uit een poos in Oostenrijk te blijven en vakantie te nemen.




 

 

 

 

 

 




Donderdag 9 mei 2002

Kinderen voor Kinderen
Yarden Dankner nodigde mij uit om bij haar te logeren in "Arsarof" in Tel-Aviv.

Ze kwam mij ophalen van Dina's huis. Yarden nodigde mij gewoonlijk altijd uit. Maar vandaag was het een bijzondere uitnodiging, ze praatte met mij over haar project met Michael Pundak, "Kind voor Kind".

Yarden en Michael zijn vredesactivisten, en altijd denken ze over hoe ze Palestijnen onder belegering kunnen helpen.

Ze besloten om de vredesactie "Kind voor Kind" te leiden. In deze tijd geloven duizenden Israëliërs dat oorlog niet de juiste weg is en onze hoop is dat we samen een weg naar vrede kunnen vinden.

Onder deze actie "Kind voor Kind" schreven Dankner en Pundak: zij zijn Israëlische ouders en kinderen die besloten hebben om cadeautjes te sturen naar Palestijnse kinderen om ons geloof te demonstreren dat oorlog niet het juiste pad is en onze hoop dat we samen, als individuen, een weg naar vrede kunnen vinden.

In de komende weken zullen wij, met de hulp van niet-politieke Israëlische, Palestijnse en internationale organisaties, pakjes sturen naar Palestijnse kinderen. Als u met ons wil meedoen om een cadeautje te maken, volg dan deze richtlijnen:

Inhoud: Kies enkele onderwerpen uit de volgende lijst:

graanproducten (zoals cornflakes), instant soep, koekjes, tandenborstel en tandpasta, een kleurboek, chocola, ... met een blanco kaart of papier en een aan uzelf geadresseerde envelop voor antwoord.

Ik bewonder wat Dankner en Pundak doen, ze besloten om dit alles naar de Hebronitische kinderen te sturen die al 500 dagen onder een uitgaansverbod leven.

In Hebron worden de Palestijnse kinderen gewoonlijk voortdurend aangevallen en getreiterd door de joodse kolonisten tijdens het uitgaansverbod, terwijl er vele Israëliërs ertegen zijn wat ze doen en tegen de aanwezigheid van de nederzettingen in de bezette gebieden.



 

 

 




Vrijdag 10 mei 2002
Ik geniet nog van mijn tijd bij Elai en Yarden in hun prachtige huis op het strand.

Onze vriendin Mekal Pondak nodigde ons uit om bij haar gezin te komen eten, ze zei "je zou mijn broer Ron moeten ontmoeten, de beroemde politicus van de geheime "Oslo"-onderhandeling, en de directeur van het "Perez Vredes instituut"
Toen Mekal mij voorstelde aan haar broer Ron, lachte hij en begon verdere inlichtingen en verhalen over mij te vertellen.

Ron kent mij goed als journalist lid van de club van het Perez Vredesinstituut.

Mekal vertelde mij over haar zoon Iyal, die weigerde in dienst te gaan in het leger.

Iyal zei dat zijn moeder achter hem stond, en er was een lang proces tussen hem en de IDF dat langer dan een jaar duurde, totdat hij zijn standpunt aan de psycholoog van de IDF had aangetoond.

Iyal's moeder zei, "Ik zag een hoop problemen tegemoet", nadat ze geïnterviewd was door de krant "Ha'aretz" samen met andere Israëlische moeders die hun zonen ertoe bewogen niet bij de IDF te dienen . 

 

 

 

 

 



Zaterdag 11 mei 2002
Toen de IDF Itan uitzond als reservist naar de bezette gebieden bij Hebron,

ging hij voor een paar dagen om de officier te overtuigen dat hij niet in het leger kon dienen.

Itan is mijn buurman in Tel-Aviv. Hij zei "Ik heb een tweeling, Roi en Idor, terwijl niemand voor hen zorgt.

Ik kan geen dienst nemen als soldaat bij Hebron. Ik heb daar een vriend wonen".

Itan zei "Ik heb mijn vrienden over jou verteld. Ik zei dat ik te verlegen ben om op mijn  vriend te schieten, dat kan ik niet!!"

Itan praatte met mij vrijuit over zijn gevoelens, hij zei dat hij bezorgd was om door mij als journalist en vriendin, herkend te worden

gedurende de paar dagen dat hij diende bij Hebron.

"Ik was steeds aan het denken aan dat je mij zou herkennen, ik was daar alleen om de IDF te overtuigen dat ik niet in het leger kon dienen".

 










Zondag 12 mei 2002

De Gebroken Harten op het Strand!!
Op het strand in Israël, onder de ruinen van de oude stad Appolonia, bij de Sadni-moskee, in het prachtige gebied van Arsuf, vond ik een heleboel joodse harten boven het afval uitsteken, de mensenharten veranderd in stenen harten op het strand!!

Ik zei tot mijzelf, "als de mensen niet bezorgd zijn  over de vervuiling van hun milieu, en ze hebben geen respect voor  de prachtige natuur, het gebied waar ze wonen, zitten, verblijven; de atmosfeer die ze inademen, het water dat ze drinken, en ze gooien hun harten uit hun lichaam, dan betekent dat: "OORLOG is MOGELIJK"!!

Iedereen, wie dan ook, kijk naar al deze harten op het strand dat vol rotzooi ligt; en hij zal tot de conclusie komen dat bij de joden alle harten uit hun lichamen zijn, en op het strand liggen, wachtend tot ze op een dag naar menselijke lichamen kunnen terugkeren!!!

Waarom willen de joden hun harten niet in stand houden? Waarom willen ze anderen niet begrijpen of hun buren respecteren of om hen geven??

Zelfs de stenen op het strand voelen de pijn van de mensen in dit gebied!!



 

 





Dinsdag 21 mei 2002
Verkrachtte een officier van de marechaussee een Palestijnse man??!!

Asad Saed Al Hemoni, 30 jaar oud, werd gearresteed door de IDF-soldaten op 17 oktober 2001.

Op 28 april 2002 werd dhr. Al-Hemoni overgebracht van de Al-Naqab gevangenis op de dag vóór het hoger beroep van de zitting van het militaire hof in Beit El.

De heer Al-Hemoni zei: "Op mijn terugkeer van Al-Naqab naar de Offer-gevangenis werd ik vergezeld door twee officieren.

Toen ik naar het toilet moest, gaf de officier van Al-Naqab mij toestemming  maar de andere zei nee en beledigde mij.

Ik zei hem dat ik beleefd had gevraagd om naar het toilet te gaan en hij bleef op mij schelden.

Hij zei, "Ik zal je laten zien wat je nodig hebt. Volg mij".

Deze officier vroeg een agent van de marechaussee om mee te komen. Ze namen hem mee naar de achterkant van het toilet en de officier deed handschoenen aan en deed er toen vaseline op.

Hij vroeg Dhr. Hemoni om zijn broek uit te doen, maar die weigerde.

De officier vroeg de agent van de marechaussee om Dhr. Hemoni zijn broek uit te trekken maar die weigerde ook en zei, "Ik ben er niet voor om zoiets illegaals te doen".

De officier vroeg hem weg te gaan en eiste daarna dat dhr. Hemoni zijn shirt uit zou doen. Dat deed hij. Vervolgens deed de officier hem van achter de handboeien aan. Hij ging toen verder met dhr. Hemoni te verkrachten en te martelen.

Ten gevolge daarvan liep dhr. Hemoni verwondingen op waaronder een lelijk gekneusde linkerhand.

Dhr. Hemoni schreeuwde en brulde en andere politieagenten kwamen en namen hem mee naar een medische kliniek.

Hem werd gezegd dat hij zich moest stil houden omdat hij ervan werd beschuldigd de officier te hebben geslagen.

Bij de eerstvolgende gelegenheid dat er advocaten in de gevangenis kwamen, diende hij een aanklacht in die ze doorstuurden naar het Rode Kruis en de Al-Damer Mensenrechten Organisatie.

Vervolgend begon het gevangenisbestuur een onderzoek en lichtte Dhr. Hemoni in dat hij ervan werd beschuldigd de officier te hebben geslagen.

Hij zei: "Hoe zou ik dat kunnen doen, met geboeide handen?"

Op 20 mei 2002 belde dhr. Hemoni mij op mijn mobiele telefoon en vertelde mij het verhaal.

Ik heb enkele leden van het Israëlische parlement gebeld die mij adviseerden het verhaal op te schrijven en naar hen te sturen.

Ik besloot het verhaal te publiceren in de krant Al Ittihad in Haifa, onder de titel "Verzoek aan de Israëlische parlementsleden, een officier van de marechaussee verkrachtte een Palestijnse man in de Offer-gevangenis". Het verhaal werd gepubliceerd op vrijdag 24 mei 2002.

Het parlementslid Dhr. Isam Mekhol belde mij op.

Hij zei "Ik stuur een klacht naar het Ministerie van Politie en naar de Israëlische Staatswaarnemer nadat ik over het onderwerp heb gesproken tijdens de parlementszitting".

Dhr. Mekhol stuurde mij een kopie van zijn brief per post, hij zei: "Daarna kreeg ik zoveel telefoontjes van de Israëlische TV en radio, en ik werd ook opgebeld door een Italiaanse journalist".








Vrijdag 24 mei 2002
Het kostte me 10 uur voordat ik in Hebron aankwam, de theepot in de keuken zat vol met urine en stonk!!

Alle ruiten waren kapot!!
Nieuw prikkeldraad was aan mijn dak bevestigd om de bouwvakker te verhinderen de kapotte watertanks op mijn dak te maken.

Mijn buren vertelden mij dat de IDF-soldaten de laatste paar dagen in mijn huis hadden ingebroken tezamen met andere kolonisten
 Nazeeha Abu Dahoud - de vrouw van wie haar man was gedood op 30 december 2000 in mijn huis nadat de IDF hem aanviel toen hij daarvoor samen met zijn vrouw in mijn huis woonde - vertelde mij dat ze een aanklacht had ingediend tegen de TIPH, de tijdelijk aanwezige waarnemers in Hebron nadat ze, tussen haakjes, de kolonisten en de soldaten had herkend die in mijn huis hadden ingebroken. Ze zei dat ze allemaal stonken en ze zag de urine in de theepot in mijn keuken!!






Woensdag 29 mei 2002
De militaire onderzoekscommissie kwam om mij in Hebron te ondervragen.

Mijn advocaat Lea Tesamel regelde deze bijeenkomst die gehouden zou worden in het Israëlische hoofdkwartier in Hebron, het DCO-kantoor.

De onderzoeker kwam op tijd, maar de DCO-officier protesteerde tegen hem, hij beweerde dat de commissie hem geen bericht tevoren gestuurd had en hij veroorzaakte een vertraging in ons werk van één uur.

De onderzoeker had het druk en hij kon niet naar mijn getuigenis luisteren, want hij verstond geen Engels, noch Arabisch!!

Ik verschafte hem enkele papieren en hij zei dat hij eraan zal werken om het te vertalen en dan bij mij terugkomen.






naar Juni 2002                                        Terug